Kleimusea werken samen

Op 1 september 2014

De vijf burgemeesters van de Rupelstreek en de provincie Antwerpen hebben samen de engagementsverklaring 'Samenwerken aan een uniek verhaal in de Rupelstreek' ondertekend. Concreet houdt het de samenwerking in tussen de vier kleimusea.

 

De Rupelstreek schrijft al enige tijd aan de geschiedenis van haar verleden en aan het gemeenschappelijk kleiverhaal en de sporen die het achterlaat in het landschap, de economie en de cultuur van deze regio. Dat verhaal wordt gebracht in vier lokale musea die elk op hun eigen manier inspelen op het kleiverleden in deze regio. In Noeveren gaat het om de twee steenbakkerijsites Frateur en Lauwers, in Terhagen om het gemeentelijk museum Rupelklei en in Hemiksem om het gemeentelijk Gilliot & Roelants Tegelmuseum.

"Tot nu toe bleef de samenwerking tussen de verscheidene sites beperkt, op enkele kleinere projecten na. Vanuit het provinciebestuur geloven wij rotsvast in bovenlokale samenwerking. Het kleiverhaal van de Rupelstreek is een gedeeld verleden, dat de gemeentegrenzen overstijgt. Dat de vier instellingen nu toch de handen in elkaar slaan, is bijzonder goed nieuws", vindt gedeputeerde Luk Lemmens (N-VA).

Toekomst

De provincie levert een projectsubsidie aan de Projectvereniging Erfgoed Rupelstreek om een halftijdse projectcoördinator mee te betalen.

Om deze samenwerking tussen de vier kleimusea gestalte te geven, is Davy Herremans, onderzoeker aan de Universiteit Gent, aangenomen.

Hij zal de vier Rupelmusea de komende maanden naar meer samenwerking moeten loodsen en op termijn naar meer zelfredzaamheid.

Voor gedeputeerde Rik Röttger (sp.a) bewijst deze officiële ondertekening van de nieuwe engagementsverklaring eens te meer dat de Rupelstreek niet alleen een verleden, maar ook een toekomst heeft. "Het bewijst bovenal de cruciale rol van de provincie waardoor vandaag een mooie interactie tussen de musea met hun roerend erfgoed en het landschappelijk en sociaal erfgoed kan gerealiseerd worden. Het is duidelijk dat niet enkel de Rupelstreek leeft in de provincie, maar dat ook de provincie leeft in de Rupelstreek", zei hij.

De voorbije maanden verschenen op belangrijke erfgoedlocaties in de Rupelstreek informatiedragers die de bezoeker helpen het streekverhaal van de Rupelstreek te lezen.

De oriëntatieborden tonen de samenhang tussen de vijf gemeenten en geven aan waar de bezoeker zich bevindt en de kleinere duidingsborden geven uitleg over interessante relicten. De watertoren in Rumst, Terhagen, Noeveren, Hellegat, de vliet van Schelle en de abdijsite van Hemiksem hebben al informatiedragers gekregen. Volgende week worden de laatste borden geplaatst en kan de bezoeker ook interessante weetjes opdoen aan eetcafé 't Steencaycken (Boom), museum Rupelklei (Terhagen) en de site van steenfabriek Wienerberger in Rumst.

Dankzij Europese ondersteuning is deels ook de inrichting betaald van twee nieuwe bezoekerscentra: het panoramisch uitkijkpunt de Watertoren in Rumst en eind september van dit jaar zal ook het Nautisch Bezoekerscentrum, nu in beheer van de Schorre, heringericht zijn met informatie over het nautisch verleden van de streek en de rivier de Rupel. Iedereen kan er van april tot oktober terecht tijdens de openingsdagen van 't Steencaycken, van 12 tot 17.30u.

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is